herfstbladeren
kondigen koude aan
reerug en fazant
de warme gloed van een houtvuur
een glas in de hand
glinsterend bestek
opgepoetst cristal
gouden Meursault
en fluweelrode Gigondas
sensueel zacht damast
Vivaldi’s seizoensviolen
een wasemende soepterrine
parelende boter
onder een glazen stolp
jouw tastbare aanwezigheid
aan mijn zij